banke
banke
- bank; een meubelstuk met zitplaats voor meer dan één persoon
- (bouwkunde) bank; gebouw waarin een financiële instelling gevestigd is
- ban·ke
- Werkwoord: Afkomstig vaan het Oudnoorse woord banga (slaan, beuken)
- Werkwoord: Een klanknabootsend woord (onomatopee)
Naar frequentie | 2086 |
---|
banke
- slaan (met je handen of ander voorwerp)
- beuken
- bonzen, kloppen (slaan op een deur, raam of dergelijke met je knokkel)
- ontroesten, roest afkloppen
- kloppen (tapijt)
- kloppen (het kloppen van het hart)
- dreunen (dreunende ritmes)
- afranselen, ranselen, slaan (op iemand met je handen slaan)
- (figuurlijk) kennis inpompen
- (figuurlijk) aankloppen, de aandacht vestigen op
- [5]: Bank i bordet!
Klop op hout!
- [2]: banke på døra
aan de deur kloppen
- [4]: banke rust
ontroesten, roest afkloppen
- [5]: banke tepper
tapijten kloppen
- [6]: motoren banker
de motor pulseert
- [6]: banke kunnskaper inn i elevene
bij de studenten leerstof inpompen
- [10]: store ungdomskull banker på og vil ha arbeid
grote groepen jongeren kloppen aan en willen arbeid hebben
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | banke | banken | banker | bankene |
genitief | bankes | bankens | bankers | bankenes |
banke, m
- (geologie) ondiepte, zandbank
- een weinig of niet doorzichtige verzameling van nevel, wolken, stof, b.v. een nevelbank
- [1]: grunne
- [1]: fiskebanke
- [1]: grusbanke
- [1]: mudderbanke
- [1]: skjellbanke
- [2]: skoddebanke
- [2]: skybanke
- [2]: tåkebanke
- ban·ke
- Werkwoord: Afkomstig vaan het Oudnoorse woord banga (slaan, beuken)
- Werkwoord: Een klanknabootsend woord (onomatopee)
banke
- slaan (met je handen of ander voorwerp)
- beuken
- bonzen, kloppen (slaan op een deur, raam of dergelijke met je knokkel)
- ontroesten, roest afkloppen
- kloppen (tapijt)
- kloppen (het kloppen van het hart)
- dreunen (dreunende ritmes)
- afranselen, ranselen, slaan (op iemand met je handen slaan)
- (figuurlijk) aankloppen, de aandacht vestigen op
- [1]: slå
- [3]: dunke
- [3]: kakke
- [8]: gje juling
- [5]: Bank i bordet!
Klop op hout!
- [2]: banke på døra
aan de deur kloppen
- [4]: banke rust
ontroesten, afkloppen
- [5]: banke teppe
tapijten kloppen
- [6]: motoren bankar
de motor pulseert
- [6]: banke kunnskaper inn i elevene
bij de studenten leerstof inpompen
- [9]: store ungdomskull bankar på og vil ha arbeid
grote groepen jongeren kloppen aan en willen arbeid hebben
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | banke | banken | bankar | bankane |
banke, m
- (geologie) ondiepte, zandbank
- een weinig of niet doorzichtige verzameling van nevel, wolken, stof, b.v. een nevelbank
- een geringe hoogte van het terrein
- [1]: grunne
- [1]: fiskebanke
- [1]: sandbanke
- [1]: skjelbanke
- [2]: skoddebanke
- [2]: skybanke
- [2]: tåkebanke
- [1]: fiskegrunne
- [1]: sandgrunne
banke