zeshonderdeenentwintig
Nederlands
0 | 6 | 2 | 1 |
zeshonderdeenentwintig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: zeshonderdeenentwintig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzɛshɔndərtˈenənˌtwɪntəx / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- zes·hon·derd·een·en·twin·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zeshonderd ht en eenentwintig ht
Hoofdtelwoord
zeshonderdeenentwintig
- "621", het getal tussen zeshonderdtwintig en zeshonderdtweeëntwintig, zeshonderd plus eenentwintig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen zeshonderdeenentwintig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer zeshonderdeenentwintig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "zeshonderdeenentwintig" ht als linkerdeel
Vertalingen
1. het getal 621
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeshonderdeenentwintig | zeshonderdeenentwintigs |
verkleinwoord | zeshonderdeenentwintigje | zeshonderdeenentwintigjes |
Zelfstandig naamwoord
de zeshonderdeenentwintig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 621 is aangeduid
- Als jij zeshonderdeenentwintig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
zeshonderdeenentwintig mv
- groep van 621 eenheden
- Die zeshonderdeenentwintig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'zeshonderdeenentwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.