• (IPA in voorbereiding)
  • zaag·schub·ad·der
enkelvoud meervoud
naamwoord zaagschubadder zaagschubadders
verkleinwoord zaagschubaddertje zaagschubaddertjes

de zaagschubadderv / m

  1. (reptielen) Echis carinatus   een zeer giftige slang uit de familie adders (Viperidae  )