suma
suma
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Afgeleid van het Latijnse summa
suma v
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
suma v
- som; hoeveelheid geld, geldbedrag
- veľká suma v – grote som
- su·ma
enkelvoud | meervoud |
---|---|
suma | sumas |
suma v
vervoeging van |
---|
sumar |
suma
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sumar
- gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sumar
vervoeging van |
---|
sumir |
suma
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sumir
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sumir
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sumir
- suma in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
- Ontwikkeld uit ouder som bady, uit Engels somebody,[1] voor het eerst opgetekend in 1718, voor de vindplaats zie hieronder.
suma
- iemand
- mv sommige
- «23 soema membre ofoe denki, na sinsi Gado ben meki Hemel 24 en grontapoe, na da tem di a ben meki liebisoema plati-plati 25 go liebi na heri grontapoe som soema denki, na da tem dati 26 Masra Gado ben meki dem boesi ningre potti na ini boesi 27 toe.»[2]23 Want sommigen denken dat God, toen 24 hij hemel en aarde maakte en de mensen schiep en rondzond 25 om de hele wereld te bevolken, sommigen denken dat de 26 Heer God toen ook de bosnegers schiep in het bos.
- «23 soema membre ofoe denki, na sinsi Gado ben meki Hemel 24 en grontapoe, na da tem di a ben meki liebisoema plati-plati 25 go liebi na heri grontapoe som soema denki, na da tem dati 26 Masra Gado ben meki dem boesi ningre potti na ini boesi 27 toe.»[2]
suma
- wie (vaak voorafgegaan door inleidend partikel o)
- «Oe som bady Mastre vor joe?»[3]Wie is jou Meester?
- «Oe som bady Mastre vor joe?»[3]
- ↑ Norval S.H. Smith“The genesis of the Creole languages of Surinam”, dissertatie Universiteit van Amsterdam (1987), p. 177
- ↑ Weblink bron Johannes Kingskrekiboekoe (1888) in:Jan Voorhoeve en Ursy M. Lichtveld (reds.)Suriname: Spiegel der vaderlandse kooplieden (1980 [2de herziene druk]), Uitgeverij Martinus Nijhoff, Den Haag, p. 108 op dbnl.org
- ↑ Weblink bron J.D. HerleinVI. Hooft-deel.
Aard, Natuur en Eigenschappen der Swarte Slaven, des zelfs Geboorte Plaatzen en verdere over voeringe aan de Amerikaansche Kusten, enz. in: Beschryvinge van de volk-plantinge Zuriname (1718 [2de druk]), Meindert Injema, Leeuwarden, p. 122 op dbnl.org
- IPA: /sʊma/
- su·ma
- Afgeleid van het Latijnse summa
suma v
- (wiskunde) som; resultaat van een optelling
- «Výsledek sčítání se označuje jako suma.»
- Het resultaat van het optellen wordt de som genoemd.
- «Výsledek sčítání se označuje jako suma.»
- som; hoeveelheid geld, geldbedrag
- «Investovaná suma by se měla za zhruba 20 let vrátit.»
- De geïnvesteerde som zou in twintig jaar moeten terugkeren.
- «Investovaná suma by se měla za zhruba 20 let vrátit.»
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | suma | sumy |
genitief | sumy | sum |
datief | sumě | sumám |
accusatief | sumu | sumy |
vocatief | sumo | sumy |
locatief | sumě | sumách |
instrumentalis | sumou | sumami |
- bilanční suma v – balanstotaal
- suma sumárum
- značná suma v – behoorlijke som
suma
- genitief enkelvoud van sumo
- nominatief meervoud van sumo
- accusatief meervoud van sumo
- vocatief meervoud van sumo
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)