ploegschaar
- Geluid: ploegschaar (hulp, bestand)
- IPA: / ˈpluxsxar / (2 lettergrepen)
- ploeg·schaar
- Middelnederlands ploechscare, op te vatten als samenstelling van ploeg zn en schaar zn .[1] Evenals Nederduits Ploogschoor, Duits Pflugschar en Engels ploughshare.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ploegschaar | ploegscharen |
verkleinwoord | ploegschaartje | ploegschaartjes |
- (landbouw) (gereedschap) het afneembare en slijpbare onderdeel van een ploeg, betsaande uit een metalen blad met een naar voren gerichte punt, dat de grond van onder open snijdt
- De mollen hadden hetzelfde materiaal naar boven gewoeld als de ploegscharen. In dezelfde verhoudingen tussen organisch materiaal (schelpen, botjes), bouwresten en keramiek. Conclusie: molshopen geven een representatief beeld van de archeologische resten in de bodem. Mollen woelen even goed historisch materiaal naar boven als klassieke opgravingen. [2]
- Iets van de totale ontreddering van die eerste wereldoorlog ligt daar met een ongekende directheid in opgeslagen, juist door de onbeholpen schriftuur van die jongens van toen, die meer vertrouwd waren met de ploegschaar dan met de pen. [3]
- [1] zwaarden tot ploegscharen omsmedenBijbel in verzekerde vrede leven
- ∗ En zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen
en hun speren tot snoeimessen.
Geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen.[4]
- ∗ En zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen
1. snijdend deel van ploeg
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord ploegschaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 19 september 2017
- ↑ Volkskrant Erwin Mortier 2 juni 2006
- ↑ Weblink bron “Herziene Statenvertaling”, Jesaja 2:4 op herzienestatenvertaling.nl