onuitsprekelijk
- on·uit·spre·ke·lijk
- Naamwoord van handeling van uitspreken met het voorvoegsel on- en met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
onuitsprekelijk [1]
- zo groot of sterk dat er geen woorden voor zijn; zeer, heel
- ‘Maar die ensembles vind ik gewoon heel vaak niet goed, sorry! Neem nu de muziek van Gesualdo: daar heb je sterke stemmen voor nodig met een enorm dramatisch potentieel. Geniale muziek moet geniaal gezongen worden. Uit die muziek spreekt een onuitsprekelijk lijden. Dan heb je zangers nodig die geleefd hebben, die weten wat afzien is. Niet van die oudemuziektypes op geitenwollen sokken. Of om voor één keer met Schopenhauer te spreken: de eerste premisse van stijl is iets te vertellen hebben.’ [2]
- dat de klanken zo moeilijk zijn dat je een woord of zin niet kunt uitspreken
- Het Italiaanse publiek had geen oog voor de verliezers, voor die Nederlander met die onuitsprekelijke naam. Nibali, die toch lang een allesbehalve sterke indruk maakte, werd opeens weer vergeleken met Fausto Coppi, met name door diens laatste Girozege in 1953 toen hij Hugo Koblet in het slotweekeinde uit het roze reed. Voor Nibali was het een emotionele machtsgreep die met tranen gepaard ging. 'Dit is misschien wel de mooiste zege uit mijn carrière', zei de Siciliaan. [3]
- dat wat je niet in woorden kunt uitdrukken omdat het een gevoelszaak is
- In poëzie zit ruimte voor het onuitsprekelijke, een lastig maar belangrijk gebied, waar de wetenschap niet kan komen. Zoals Katznelson zegt: „Als je werkelijk alles wat je weet van een onderwerp (-) in woorden kunt vangen, dan betekent dat simpelweg dat je er niet genoeg van weet.” [4]
- [1] duchtig, vreselijk, ijselijk, ontzaglijk, geweldig
- [3] onzegbaar, onbeschrijfelijk, nameloos
3. dat wat je niet in woorden kunt uitdrukken omdat het een gevoelszaak is
- Het woord onuitsprekelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard ZATERDAG 29 APRIL 2017
- ↑ Tubantia 10-01-2017
- ↑ NRC Marjoleine de Vos 15 augustus 2014