honderdachtendertig
0 | 1 | 3 | 8 |
honderdachtendertig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: honderdachtendertig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌhɔndərtˈɑxtənˌdɛrtəx / (6 lettergrepen)
- hon·derd·acht·en·der·tig
- samenstelling van honderd ht en achtendertig ht
honderdachtendertig
- "138", het getal tussen honderdzevenendertig en honderdnegenendertig, honderd plus achtendertig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen honderdachtendertig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer honderdachtendertig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "honderdachtendertig" ht als linkerdeel
1. het getal 138
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | honderdachtendertig | honderdachtendertigs |
verkleinwoord | honderdachtendertigje | honderdachtendertigjes |
- dat wat in een (rang)ordening met 138 is aangeduid
- Als jij honderdachtendertig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
de honderdachtendertig mv
- groep van 138 eenheden
- Die honderdachtendertig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
- Het woord 'honderdachtendertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.