• di·graaf
  • met het voorvoegsel di- met het achtervoegsel -graaf
enkelvoud meervoud
naamwoord digraaf digrafen
verkleinwoord digraafje digraafjes

de digraafv / m

  1. (taalkunde) een opeenvolging van twee lettertekens die samen één gesproken klank weergeven.
    • In het Nederlands zijn de ch, ng en nk voorbeelden van een digraaf die één medeklinker weergeeft en de combinaties au, ei, eu, ie, ij, oe, ou en ui voorbeelden die één klinker representeren. 
  2. (wiskunde) een gerichte graaf