Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Boogschutter


 
Voorbeeld van boogschutter
  • boog·schut·ter
enkelvoud meervoud
naamwoord boogschutter boogschutters
verkleinwoord boogschuttertje boogschuttertjes

de boogschutterm

  1. (sport) iemand die schiet met een boog
  2. (militair) (historisch) strijder die met pijl en boog vecht
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be