• be·heer

hetbeheero

  1. het beheren van, de zorg en verantwoording voor eigendommen van derden
    • Hij stond in voor het beheer van haar juwelen. 
     Geërfd geld was chic. Geld dat je met eigen werk verdiende was minder chic maar in elk geval oké. Maar geld dat je verdiende met 'speculatie'— gewoon gezond en verstandig beheer dus — was ronduit slecht.[2]
     Betrokkenheid: Ook bijvoorbeeld de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed maakt gebruik van faciliteiten en kennis van de afdeling, net als grote ingenieursbureaus. Daarnaast hebben grote namen in de industrie, zoals Boskalis en Shell, veel aardwetenschappers nodig vanwege hun kennis over de bodem. En ook Energie Beheer Nederland (EBN) kan voor bijvoorbeeld vraagstukken over aardwarmte niet zonder dit soort kennis.[3]
vervoeging van
beheren

beheer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beheren
    • Ik beheer. 
  2. gebiedende wijs van beheren
    • Beheer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beheren
    • Beheer je? 
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]
  1. beheer op website: Etymologiebank.nl
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044645149
  3. Bronlink geraadpleegd op 6 mei 2025 Weblink bron
    Sven Schaap
    “Werkveld luidt noodklok op actiedag tegen verdwijnen aardwetenschappen VU” (6 mei 2025), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be