achthonderdnegenenzestig
Nederlands
 |
 |
 |
|
| 0 | 8 | 6 | 9 |
achthonderdnegenenzestig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: achthonderdnegenenzestig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɑxthɔndərtˈneɣənənˌsɛstəx / (8 lettergrepen)
Woordafbreking
- acht·hon·derd·ne·gen·en·zes·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van achthonderd ht en negenenzestig ht
Hoofdtelwoord
achthonderdnegenenzestig
- "869", het getal tussen achthonderdachtenzestig en achthonderdzeventig, achthonderd plus negenenzestig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen achthonderdnegenenzestig euro en zevenendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer achthonderdnegenenzestig van het grootste hotel.
- om een hoeveelheid aan te geven
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoorden samengesteld met "achthonderdnegenenzestig" ht als linkerdeel
Vertalingen
1. het getal 869
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | achthonderdnegenenzestig | achthonderdnegenenzestigs |
| verkleinwoord | achthonderdnegenenzestigje | achthonderdnegenenzestigjes |
Zelfstandig naamwoord
achthonderdnegenenzestig v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 869 is aangeduid
- Als jij achthonderdnegenenzestig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
achthonderdnegenenzestig mv
- groep van 869 eenheden
- Die achthonderdnegenenzestig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord 'achthonderdnegenenzestig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.