vioolspelen/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van vioolspelen | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | vioolspelen | viool te spelen | ||||||
toekomend | zullen vioolspelen viool zullen spelen |
te zullen vioolspelen viool te zullen spelen | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben vioolgespeeld | te hebben vioolgespeeld | ||||||
toekomend | vioolgespeeld zullen hebben | vioolgespeeld te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
vioolspelend | vioolgespeeld | ev. speel viool |
mv. verouderd speelt viool |
spele viool (bijzin) vioolspele | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
hoofdzin | ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | |
tegenwoordig (o.t.t.) | speel viool | speelt viool | speelt viool | speelt viool | speelt viool | spelen viool | spelen viool | spelen viool | |
verleden (o.v.t.) | speelde viool | speelde viool | speelde viool | speelde viool | speelde viool | speelden viool | speelden viool | speelden viool | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal vioolspelen | zult/zal vioolspelen | zult/zal vioolspelen | zult vioolspelen | zal vioolspelen | zullen vioolspelen | zullen vioolspelen | zullen vioolspelen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou vioolspelen | zou vioolspelen | zou(dt) vioolspelen | zoudt vioolspelen | zou vioolspelen | zouden vioolspelen | zouden vioolspelen | zouden vioolspelen | |
bijzin | .. dat ik | .. dat jij, je | .. dat u | .. dat gij | .. dat hij, zij, het | .. dat wij | .. dat jullie | .. dat zij | |
tegenwoordig (o.t.t.) | vioolspeel | vioolspeelt | vioolspeelt | vioolspeelt | vioolspeelt | vioolspelen | vioolspelen | vioolspelen | |
verleden (o.v.t.) | vioolspeelde | vioolspeelde | vioolspeelde | vioolspeelde | vioolspeelde | vioolspeelden | vioolspeelden | vioolspeelden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal vioolspelen viool zal spelen |
zult/zal vioolspelen viool zult/zal spelen |
zult/zal vioolspelen viool zult/zal spelen |
zult vioolspelen viool zult spelen |
zal vioolspelen viool zal spelen |
zullen vioolspelen viool zullen spelen |
zullen vioolspelen viool zullen spelen |
zullen vioolspelen viool zullen spelen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou vioolspelen viool zou spelen |
zou vioolspelen viool zou spelen |
zou(dt) vioolspelen viool zou(dt) spelen |
zoudt vioolspelen viool zoudt spelen |
zou vioolspelen viool zou spelen |
zouden vioolspelen viool zouden spelen |
zouden vioolspelen viool zouden spelen |
zouden vioolspelen viool zouden spelen | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb vioolgespeeld | hebt vioolgespeeld | hebt/heeft vioolgespeeld | hebt vioolgespeeld | heeft vioolgespeeld | hebben vioolgespeeld | hebben vioolgespeeld | hebben vioolgespeeld | |
verleden (v.v.t.) | had vioolgespeeld | had vioolgespeeld | had vioolgespeeld | hadt vioolgespeeld | had vioolgespeeld | hadden vioolgespeeld | hadden vioolgespeeld | hadden vioolgespeeld | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal vioolgespeeld hebben | zal/zult vioolgespeeld hebben | zult/zal vioolgespeeld hebben | zult vioolgespeeld hebben | zal vioolgespeeld hebben | zullen vioolgespeeld hebben | zullen vioolgespeeld hebben | zullen vioolgespeeld hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou vioolgespeeld hebben | zou vioolgespeeld hebben | zou/zoudt vioolgespeeld hebben | zoudt vioolgespeeld hebben | zou vioolgespeeld hebben | zouden vioolgespeeld hebben | zouden vioolgespeeld hebben | zouden vioolgespeeld hebben | |
onpersoonlijke lijdende vorm vioolgespeeld worden | |||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||
tegenwoordig | er wordt vioolgespeeld | er is vioolgespeeld | |||||||
verleden | er werd vioolgespeeld | er was vioolgespeeld | |||||||
toekomend | er zal vioolgespeeld worden | er zal vioolgespeeld zijn | |||||||
voorwaardelijk | er zou vioolgespeeld worden | er zou vioolgespeeld zijn |