vijfhonderdvijftien

       
0 5 1 5
vijfhonderdvijftien,
op een abacus
  • vijf·hon·derd·vijf·tien

vijfhonderdvijftien

  1. "515", het getal tussen vijfhonderdveertien en vijfhonderdzestien, vijfhonderd plus vijftien
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vijfhonderdvijftien euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vijfhonderdvijftien van het grootste hotel. 

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vijfhonderdvijftien" ht als linkerdeel

enkelvoud meervoud
naamwoord vijfhonderdvijftien vijfhonderdvijftiens
verkleinwoord vijfhonderdvijftientje vijfhonderdvijftientjes

de vijfhonderdvijftienv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 515 is aangeduid
    • Als jij vijfhonderdvijftien opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

de vijfhonderdvijftienmv

  1. groep van 515 eenheden
    • Die vijfhonderdvijftien kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.