vijfhonderdvijfenzeventig

       
0 5 7 5
vijfhonderdvijfenzeventig,
op een abacus
  • vijf·hon·derd·vijf·en·ze·ven·tig

vijfhonderdvijfenzeventig

  1. "575", het getal tussen vijfhonderdvierenzeventig en vijfhonderdzesenzeventig, vijfhonderd plus vijfenzeventig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vijfhonderdvijfenzeventig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vijfhonderdvijfenzeventig van het grootste hotel. 

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vijfhonderdvijfenzeventig" ht als linkerdeel

enkelvoud meervoud
naamwoord vijfhonderdvijfenzeventig vijfhonderdvijfenzeventigs
verkleinwoord vijfhonderdvijfenzeventigje vijfhonderdvijfenzeventigjes

de vijfhonderdvijfenzeventigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 575 is aangeduid
    • Als jij vijfhonderdvijfenzeventig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

de vijfhonderdvijfenzeventigmv

  1. groep van 575 eenheden
    • Die vijfhonderdvijfenzeventig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.