[A] till

  1. tot, tot aan

till

  1. totdat
  2. (gewestelijk) toen
  3. (gewestelijk) terwijl
  4. (gewestelijk) opdat
  5. (gewestelijk) zodat
vervoeging
onbepaalde wijs to  till 
he/she/it  tills 
verleden tijd  tilled 
voltooid
deelwoord
 tilled 
onvoltooid
deelwoord
 tilling 
gebiedende wijs  till 

till

  1. overgankelijk, (landbouw) bewerken (v. landbouwgrond), bebouwen [2]
enkelvoud meervoud
till tills
  • [A] Bekend sinds ca. 1690; mogelijk van Oudfrans tille [2]
  • [B] Bekend sinds 1765; uit het Schots[3]

[A] till

  1. geldlade

[B] till

  1. (geologie) keileem
  1. till (prep.), Online Etymology Dictionary
  2. till (n.1), Online Etymology Dictionary
  3. till (n.2), Online Etymology Dictionary


  • till
Naar frequentie 25

till

  1. erbij (extra)
  2. erheen, toe, ernaartoe
  • Lycka till!
Succes!, Veel geluk!

till

  1. naar, in (richting)
  2. tot, op (tijd)
    «Morbrorn och hans fru har dömts för mord, hustrun till livstids fängelsestraff.»
    De oom van de moeder en zijn vrouw zijn worden veroordeeld voor moord, de vrouw tot levenslange gevangenisstraf.
  3. aan, voor (aan een persoon)
  4. in, tegen, met (tijd)
  5. van, behorend bij