temperament
- Geluid: temperament (hulp, bestand)
- tem·pe·ra·ment
- Leenwoord uit het Frans of Latijn, in de betekenis van ‘gemoedsaard’ voor het eerst aangetroffen in 1634 [1] [2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | temperament | temperamenten |
verkleinwoord | - | - |
het temperament o
- een aantal persoonlijkheidskenmerken die tot de aanleg van een individu behoren
- vurigheid
1.
- Het woord temperament staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "temperament" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "temperament" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ temperament op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /tɛ̃mpɛˈrãmɛ̃nt/
- Afgeleid van het Franse tempérament
temperament m
temperament m
- IPA: /tɛmpɛramɛnt/
- tem·pe·ra·ment
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch / Duits)