plensregenen
- plens·re·ge·nen
- samenstelling van plens en regenen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
plensregenen |
plensregende |
geplensregend |
zwak -d | volledig |
plensregenen
- onpersoonlijk, (meteorologie) heel erg hard regenen, gieten
- Het plensregende zo hard dat niemand zich meer op straat durfde te begeven.
Werkwoorden voor weersgesteldheden in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
betrekken
• bliksemen
• dauwen
• donderen
• dooien
• gieten
• hagelen
• ijzelen
• miezeren
• misten
• motregenen
• nevelen |
- Het woord plensregenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.