platvis
- plat·vis
- samenstelling van plat bn en vis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | platvis | platvissen |
verkleinwoord | platvisje | platvisjes |
de platvis m
- (straalvinnigen) benaming voor vissen uit de orde Pleuronectiformes , die op hun zijde op de bodem leven en geheel plat zijn
- Aanvankelijk komen platvissen als een normale vis ter wereld, maar allengs gaat het dier op zijn zijde liggen en wordt breed en plat waarbij het ene oog zich verplaatst naar de bovenliggende zijde.
1. een orde van vissoorten die op hun zijde op de bodem leven, en geheel plat zijn
- platvis eet je met de ramen open en rondvis met de ramen dicht
een platvis is een zomervis een rondvis een wintervis
- Het woord platvis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "platvis" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be