nagelbank
- na·gel·bank
- samenstelling van nagel en bank
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nagelbank | nagelbanken |
verkleinwoord | nagelbankje | nagelbankjes |
de nagelbank m
- (scheepvaart) een balk met gaten waarin korvijnagels worden gestoken om schoten, vallen en andere lijnen op zeilschepen te beleggen (vast te zetten)
- Op de nagelbank heeft elke val of schoot een vaste plaats.
1. een balk met gaten waarin korvijnagels worden gestoken
- Het woord 'nagelbank' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.