nachtblind
- Geluid: nachtblind (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnɑx(t)blɪnt / (2 lettergrepen)
- nacht·blind
- [bijvoeglijk naamwoord] van Duits nachtblind, op te vatten als samenstelling van nacht zn en blind bn [1]
- [zelfstandig naamwoord] samenstelling van nacht zn en blind zn [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | nachtblind | nachtblinder | nachtblindst |
verbogen | nachtblinde | nachtblindere | nachtblindste |
partitief | nachtblinds | nachtblinders | - |
nachtblind
- (medisch) niet tot nauwelijks in staat nog wat te zien als er weinig licht is
- Ik ben een tikje nachtblind, onderscheidde zodoende niet duidelijk de persoon die zich voor de televisie zette en meteen maar een gebakje opat. [3]
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nachtblind | nachtblinden |
verkleinwoord | - | - |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
het nachtblind o
- (bouwkunde) (historisch) luik om vensters af te sluiten wanneer het donker wordt
- In den nacht van 1 op 2 Juni j.l. was de 31-jarige petroleumventer M. D. uit Standdaarbuiten de woning van den den landbouwer P. BI. aldaar binnengedrongen, door een raam, toegang gevende tot die woning, open te schuiven, het voor dat raam zich bevindende nachtblind weg te schuiven en daarna dat huis binnen te gaan. [4]
- Het woord nachtblind staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "nachtblind" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Bogaards, C."Ziek" in: NRC Handelsblad jrg. 23 nr. 152 (30 maart 1993); p. 22 kol. 7; geraadpleegd 2016-12-09
- ↑ "Een duur hammetje te Standdaarbuiten." in: De Grondwet jrg. 74 nr. 221 (22 september 1936); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2016-12-09
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Geluid: nachtblind (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnaχtˌblɪnt / (2 lettergrepen)
- nacht·blind
nachtblind