liman
- li·man
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | liman | limans |
verkleinwoord | - | - |
de liman m
- (aardrijkskunde) meer bij een riviermonding, dat ontstaat doordat opgehoopt sediment de stroming tegenhoudt
- Het woord liman staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "liman" herkend door:
8 % | van de Nederlanders; |
12 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ liman op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Katholieke Encyclopaedie. Deel 9 1e druk (1935) N.V. Uitgeversmij Joost v.d. Vondel, Amsterdam; p. 91 kol. 163; geraadpleegd 2018-10-14
- ↑ "Rusland." in: Oprechte Haerlemsche courant nr. 33 (18 augustus 1770); p. 1 kol. 1; (oudste vindplaats op Delpher die zowel woord als eigennaam kan zijn) geraadpleegd 2018-10-14
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- li·man
liman
- li·man
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | liman | limanlar |
genitief | limanın | limanların |
datief | limana | limanlara |
accusatief | limanı | limanları |
locatief | limanda | limanlarda |
ablatief | limandan | limanlardan |
liman