toevluchtsoord
- toe·vluchts·oord
- samenstelling van toevlucht en oord met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | toevluchtsoord | toevluchtsoorden |
verkleinwoord |
het toevluchtsoord o
- een plaats waar je in tijden van schaarste en bedreiging naar toe kunt gaan
- Na de storm diende de sporthal als toevluchtsoord voor alle mensen die dakloos waren geworden.
- Het ouderlijk huis is ook voor volwassen kinderen nog steeds een toevluchtsoord als ze een warm bed, een hete douche en een warme maaltijd willen hebben.
- Het woord toevluchtsoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.