• knip·per·licht
enkelvoud meervoud
naamwoord knipperlicht knipperlichten
verkleinwoord knipperlichtje knipperlichtjes

het knipperlichto

  1. lamp die in snelle afwisseling aan en uit gaat, meestal gebruikt als waarschuwingssignaal
  2. (pregnant) oranje knipperende lamp aan de zijkant van een voertuig, gebruikt om aan te geven dat men het voertuig naar rechts of links wil manoeuvreren
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]