geweld
- ge·weld
- In de betekenis van ‘uiting van macht of kracht’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1]
- Naamwoord van handeling van Middelnederlands walden heersen met het voorvoegsel ge- en ablaut [2]
- vervoeging van wellen: de stam met omvoegsel ge- -d
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geweld | - |
verkleinwoord | - | - |
het geweld o
- elke dwangmatige kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen, goederen of zaken
- woeste niet te temmen kracht
- ▸ Het pad slingerde steeds dieper het dal in tot aan een woeste rivier. Ik had zelden zo’n enorme hoeveelheid water gezien. Bruisend en met een enorm geweld stortte het zich het dal door.[4]
|
|
1. elke kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen, goederen of zaken
vervoeging van: | wellen… |
verbogen vorm: | gewelde |
geweld
- voltooid deelwoord van wellen
- De Vliegende Panters, "Zinloos geweld" uit Hype (1998)
- Het woord geweld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "geweld" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "geweld" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ geweld op website: Etymologiebank.nl
- ↑ www.nos.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be