Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: elektron
De 'Leeuwenvrouwe', een plaquette van elektrum uit ca. 620 v.Chr. op Rhodos
  • elek·trum
enkelvoud meervoud
naamwoord elektrum -
verkleinwoord - -

het elektrumo

  1. (metallurgie) legering van goud en zilver
    • In de oudheid werd elektrum al gebruikt om er munten van te slaan. 
     Maar liefst 545 munten van elektrum (een legering van goud en zilver) doken op tijdens het werk aan de Route National 164 door centraal Bretagne, bij het dorp Laniscat.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Everzwijnen en krijgers: 545 staters der Osismii” (22 december 200) op nrc.nl