bemensing
- be·men·sing
- Naamwoord van handeling van bemensen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bemensing | bemensingen |
verkleinwoord | bemensinkje | bemensinkjes |
de bemensing v
- de personen die het benodigde werk aan boord van een schip of vliegtuig verrichten
- Op een passagiersschip zijn de bemensing en de passagiers strikt gescheiden.
1. de personen die het benodigde werk aan boord van een schip of vliegtuig verrichten
|
|
- Het woord bemensing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bemensing" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
25 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be