afschaffen
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
afschaffen | afgeschaft |
afschaffing |
- Geluid: afschaffen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɑfsxɑfə(n) / (3 lettergrepen)
- af·schaf·fen
- samenstelling van af bw en schaffen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afschaffen |
schafte af |
afgeschaft |
zwak -t | volledig |
afschaffen
- overgankelijk tot een einde brengen
1. tot een einde brengen
|
- Het woord afschaffen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afschaffen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be