Schorpioen
Niet te verwarren met: schorpioen |
- Geluid: Schorpioen (hulp, bestand)
- IPA: / ˌsxɔrpiˈjun / (3 lettergrepen)
- Schor·pi·oen
- leenvertaling van Latijn Scorpius, geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.E
Schorpioen m
- (astronomie) sterrenbeeld van de dierenriem, liggende in de Melkweg (tussen rechte klimming 15u44m en 17u55m en tussen declinatie −46° en −8°)
- (astrologie) teken van de dierenriem waar de Zon in staat van ca. 23 oktober tot ca. 22 november
dierenriem | |||||||||||
Ram |
Stier |
Tweelingen |
Kreeft |
Leeuw |
Maagd |
Weegschaal |
Schorpioen |
Boogschutter |
Steenbok |
Waterman |
Vissen |
2. teken van de dierenriem van 23 oktober tot 22 november
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Schorpioen | Schorpioenen |
verkleinwoord | Schorpioentje | Schorpioentjes |
de Schorpioen m
- (astrologie) (metonymisch) iemand die is geboren in de periode waarin de zon in het sterrenbeeld Schorpioen staat
- Het woord Schorpioen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.