wijngaardslak
  • (IPA in voorbereiding)
  • slak·ken
  •  slak zn  met de uitgang -en
enkelvoud meervoud
naamwoord slakken
verkleinwoord

de slakkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord slak
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (buikpotigen) Gastropoda   een klasse in de stam van de weekdieren (Mollusca). De naam buikpotigen en de wetenschappelijke naam verwijzen naar de gespierde onderzijde van het langwerpige lichaam, waarmee de dieren zich voortbewegen. De naam 'Gastropoda' is afgeleid van het Oudgriekse γαστήρ, gastēr, buik of maag, en πούς, pous, poot. Gastropoda is een zogenaamde plurale tantum, het is altijd meervoud


99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be