tolhorens
- (IPA in voorbereiding)
- tol·ho·rens
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tolhorens | |
verkleinwoord |
de tolhorens mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tolhoren
- meervoudsvorm als officiële benaming (buikpotigen) Calliostoma een geslacht van mollusken, dat fossiel bekend is vanaf het Vroeg-Krijt
- [2] slakken, weekdieren, dieren
- kegeltolhorens
- asgrauwe tolhoren, geknobbelde tolhoren, genavelde tolhoren, gevlamde tolhoren, gezwollen tolhoren
- Het woord 'tolhorens' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.