• schim·mel·ziek·te
enkelvoud meervoud
naamwoord schimmelziekte schimmelziektes
schimmelziekten
verkleinwoord

de schimmelziektev

  1. een aandoening die door een schimmel veroorzaakt wordt
     De banaan heeft het zwaar te verduren. Bananenbomen in Zuid-Amerika worden massaal bedreigd door een hardnekkige schimmelziekte. Maatregelen om de schimmel te bestrijden die het populaire ras Cavendish teistert, blijken niet effectief.[2]
     “Meer bomen en meer bos is natuurlijk altijd goed”, zegt Thijsen. “Nederland heeft een groot probleem door de essentaksterfte. Zeker 80 procent van de essen is ziek en gaat dood door een schimmelziekte, terwijl die bomen juist zo hard nodig zijn.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    Naz Taha
    “Verwoestende schimmel bedreigt de banaan: vijf vragen aan een bananenexpert” (16-08-2019), Tubantia
  3.   Weblink bron “Vijf miljoen bomen erbij; hoe goed is dat?” (10 apr. 2019), De Telegraaf