roofblei
- roof·blei
- samenstelling van roof ww en blei zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roofblei | roofbleien |
verkleinwoord | roofbleitje | roofbleitjes |
- (straalvinnigen) exotische roof- en zoetwatervis die voorkomt in de wateren van de Benelux, Leuciscus aspius
- ▸ Beijeman en zijn boot kun je voor verschillende vissoorten huren: snoek, snoekbaars, baars en een relatieve nieuwkomer uit Oost-Europa, de roofblei.[1]
- eigenlijke karpers, karperachtigen, meervallen en karperachtigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, chordadieren, dieren
1. exotische roof- en zoetwatervis die voorkomt in de wateren van de Benelux, Leuciscus aspius
- Het woord 'roofblei' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Menno Steketee“138 cm zoetwaterwolf” (19 december 2009) op nrc.nl