• reeks
  • In de betekenis van ‘rij’ voor het eerst aangetroffen in 1613 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord reeks reeksen
verkleinwoord (reeksje) (reeksjes)
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]
  • Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.