concertreeks

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  concertreeks    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• con·cert·reeks

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  concert zn  en  reeks zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	concertreeks	concertreeksen
verkleinwoord	concertreeksje	concertreeksjes

Zelfstandig naamwoord

de concertreeks v / m

1. (muziek) een aantal muziekconcerten die samen een geheel vormen

   ▸ Het optreden is onderdeel van de concertreeks The River Tour en is op dinsdag 14 juni, schrijft Omroep West. Hij is zoals gebruikelijk samen met de E Street Band te zien.

   ▸ Na zijn dood volgden een tv-programma en een concertreeks. Een bioscoopfilm is in de maak. Zijn vrouw Rachel schreef een boek over hem evenals haar ouders. En inmiddels heeft zijn manager en lijfwacht Jos van Zoelen ook een boek uitgebracht over zijn herinneringen aan de zanger.

Synoniemen

• concertserie

Gangbaarheid

• Het woord concertreeks staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.