ondernemer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ondernemer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- on·der·ne·mer
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van ondernemen met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ondernemer | ondernemers |
verkleinwoord | ondernemertje | ondernemertjes |
Zelfstandig naamwoord
de ondernemer m
- (beroep) (bedrijfskunde) iemand die een bedrijf voor eigen rekening start of runt
Synoniemen
Hyponiemen
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord ondernemer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ondernemer" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ 1,0 1,1 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be