onderlopen/vervoeging
Nederlands
bewerkenónderlopen: zich vullen met water
bewerkenvervoeging van de bedrijvende vorm van onderlopen | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | onderlopen | onder te lopen | ||||||
toekomend | zullen onderlopen onder zullen lopen |
te zullen onderlopen onder te zullen lopen | |||||||
voltooid | tegenwoordig | zijn ondergelopen | te zijn ondergelopen | ||||||
toekomend | ondergelopen zullen zijn | ondergelopen te zullen zijn | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
onderlopend | ondergelopen | ev. loop onder |
mv. verouderd loopt onder |
lope onder (bijzin) onderlope | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
hoofdzin | ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | |
tegenwoordig (o.t.t.) | loop onder | loopt onder | loopt onder | loopt onder | loopt onder | lopen onder | lopen onder | lopen onder | |
verleden (o.v.t.) | liep onder | liep onder | liep onder | liept onder | liep onder | liepen onder | liepen onder | liepen onder | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal onderlopen | zult/zal onderlopen | zult/zal onderlopen | zult onderlopen | zal onderlopen | zullen onderlopen | zullen onderlopen | zullen onderlopen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou onderlopen | zou onderlopen | zou(dt) onderlopen | zoudt onderlopen | zou onderlopen | zouden onderlopen | zouden onderlopen | zouden onderlopen | |
bijzin | .. dat ik | .. dat jij, je | .. dat u | .. dat gij | .. dat hij, zij, het | .. dat wij | .. dat jullie | .. dat zij | |
tegenwoordig (o.t.t.) | onderloop | onderloopt | onderloopt | onderloopt | onderloopt | onderlopen | onderlopen | onderlopen | |
verleden (o.v.t.) | onderliep | onderliep | onderliep | onderliept | onderliep | onderliepen | onderliepen | onderliepen | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal onderlopen onder zal lopen |
zult/zal onderlopen onder zult/zal lopen |
zult/zal onderlopen onder zult/zal lopen |
zult onderlopen onder zult lopen |
zal onderlopen onder zal lopen |
zullen onderlopen onder zullen lopen |
zullen onderlopen onder zullen lopen |
zullen onderlopen onder zullen lopen | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou onderlopen onder zou lopen |
zou onderlopen onder zou lopen |
zou(dt) onderlopen onder zou(dt) lopen |
zoudt onderlopen onder zoudt lopen |
zou onderlopen onder zou lopen |
zouden onderlopen onder zouden lopen |
zouden onderlopen onder zouden lopen |
zouden onderlopen onder zouden lopen | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben ondergelopen | bent ondergelopen | bent/is ondergelopen | zijt ondergelopen | is ondergelopen | zijn ondergelopen | zijn ondergelopen | zijn ondergelopen | |
verleden (v.v.t.) | was ondergelopen | was ondergelopen | was ondergelopen | waart ondergelopen | was ondergelopen | waren ondergelopen | waren ondergelopen | waren ondergelopen | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal ondergelopen zijn | zal/zult ondergelopen zijn | zult/zal ondergelopen zijn | zult ondergelopen zijn | zal ondergelopen zijn | zullen ondergelopen zijn | zullen ondergelopen zijn | zullen ondergelopen zijn | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou ondergelopen zijn | zou ondergelopen zijn | zou/zoudt ondergelopen zijn | zoudt ondergelopen zijn | zou ondergelopen zijn | zouden ondergelopen zijn | zouden ondergelopen zijn | zouden ondergelopen zijn |
onderlópen: hardlopend inhalen,achterhalen; verhinderen, verstoren
bewerkenvervoeging van de bedrijvende vorm van onderlopen | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | onderlopen | te onderlopen | ||||||||
toekomend | zullen onderlopen | te zullen onderlopen | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben onderlopen | te hebben onderlopen | ||||||||
toekomend | onderlopen zullen hebben | onderlopen te zullen hebben | |||||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||||
onderlopend | onderlopen | ev. onderloop |
mv. verouderd onderloopt |
onderlope | |||||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | onderloop | onderloopt | onderloopt | onderloopt | onderloopt | onderlopen | onderlopen | onderlopen | |||
verleden (o.v.t.) | onderliep | onderliep | onderliep | onderliep | onderliep | onderliepen | onderliepen | onderliepen | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal onderlopen | zult/zal onderlopen | zult/zal onderlopen | zult onderlopen | zal onderlopen | zullen onderlopen | zullen onderlopen | zullen onderlopen | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou onderlopen | zou onderlopen | zou(dt) onderlopen | zoudt onderlopen | zou onderlopen | zouden onderlopen | zouden onderlopen | zouden onderlopen | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb onderlopen | hebt onderlopen | hebt/heeft onderlopen | hebt onderlopen | heeft onderlopen | hebben onderlopen | hebben onderlopen | hebben onderlopen | |||
verleden (v.v.t.) | had onderlopen | had onderlopen | had onderlopen | hadt onderlopen | had onderlopen | hadden onderlopen | hadden onderlopen | hadden onderlopen | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal onderlopen hebben | zal/zult onderlopen hebben | zult/zal onderlopen hebben | zult onderlopen hebben | zal onderlopen hebben | zullen onderlopen hebben | zullen onderlopen hebben | zullen onderlopen hebben | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou onderlopen hebben | zou onderlopen hebben | zou/zoudt onderlopen hebben | zoudt onderlopen hebben | zou onderlopen hebben | zouden onderlopen hebben | zouden onderlopen hebben | zouden onderlopen hebben | |||
onpersoonlijke lijdende vorm onderlopen worden | |||||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||||
tegenwoordig | er wordt onderlopen | er is onderlopen | |||||||||
verleden | er werd onderlopen | er was onderlopen | |||||||||
toekomend | er zal onderlopen worden | er zal onderlopen zijn | |||||||||
voorwaardelijk | er zou onderlopen worden | er zou onderlopen zijn | |||||||||
lijdende vorm onderlopen worden | |||||||||||
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||||
onvoltooid | tegenwoordig | onderlopen worden | onderlopen te worden | ||||||||
toekomend | onderlopen zullen worden | onderlopen te zullen worden | |||||||||
voltooid | tegenwoordig | onderlopen zijn | onderlopen te zijn | ||||||||
toekomend | onderlopen zullen zijn | onderlopen te zullen zijn | |||||||||
enkelvoud | meervoud | ||||||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (o.t.t.) | word onderlopen | wordt onderlopen | wordt onderlopen | wordt onderlopen | wordt onderlopen | worden onderlopen | worden onderlopen | worden onderlopen | |||
verleden (o.v.t.) | werd onderlopen | werd onderlopen | werd onderlopen | werdt onderlopen | werd onderlopen | werden onderlopen | werden onderlopen | werden onderlopen | |||
toekomend (o.t.t.t.) | zal onderlopen worden | zult onderlopen worden | zult onderlopen worden | zult onderlopen worden | zal onderlopen worden | zullen onderlopen worden | zullen onderlopen worden | zullen onderlopen worden | |||
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou onderlopen worden | zou onderlopen worden | zou/zoudt onderlopen worden | zoudt onderlopen worden | zou onderlopen worden | zouden onderlopen worden | zouden onderlopen worden | zouden onderlopen worden | |||
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||||
tegenwoordig (v.t.t.) | ben onderlopen | bent onderlopen | bent/is onderlopen | zijt onderlopen | is onderlopen | zijn onderlopen | zijn onderlopen | zijn onderlopen | |||
verleden (v.v.t.) | was onderlopen | was onderlopen | was onderlopen | waart onderlopen | was onderlopen | waren onderlopen | waren onderlopen | waren onderlopen | |||
toekomend (v.t.t.t.) | zal onderlopen zijn | zult onderlopen zijn | zult onderlopen zijn | zult onderlopen zijn | zal onderlopen zijn | zullen onderlopen zijn | zullen onderlopen zijn | zullen onderlopen zijn | |||
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou onderlopen zijn | zou onderlopen zijn | zou/zoudt onderlopen zijn | zoudt onderlopen zijn | zou onderlopen zijn | zouden onderlopen zijn | zouden onderlopen zijn | zouden onderlopen zijn |