Nederlands

 
Tongelende   mangrovennachtboomslang (Boiga dendrophila) uit Indonesië.
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • nacht·boom·slan·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nachtboomslangen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de nachtboomslangenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord nachtboomslang
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (reptielen) een geslacht Boiga   van slangen uit de familie toornslangachtigen (Colubridae  ) en de onderfamilie Colubrinae  
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen


Gangbaarheid

Meer informatie