melkkoe

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • melk·koe
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord melkkoe melkkoeien
verkleinwoord melkkoetje melkkoetjes

Zelfstandig naamwoord

de melkkoev

  1. (evenhoevigen) een soort koe die gekweekt wordt voor haar melkproductie
     Een megastal is groter dan 1,5 hectare. In de meeste megastallen (514) zitten melkkoeien. In 233 van de stallen zitten moedervarkens, in 84 melkgeiten en in 74 legkippen.[1]
  2. (economie), (figuurlijk) een product of onderneming waar forse winst mee gemaakt wordt, uitgemolken
Antoniemen
Hyperoniemen
Anagrammen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Aantal megastallen is in vijf jaar met bijna een kwart gestegen” (29 juni 2022), NU.nl
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be