Nederlands

 
zuidelijke veldkrekel (Gryllus bimaculatus)
Uitspraak
Woordafbreking
  • kre·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord krekel krekels
verkleinwoord krekeltje krekeltjes

Zelfstandig naamwoord

de krekelm

  1. (rechtvleugeligen) een insect van de familie Gryllidae   van de orde Orthoptera   (sprinkhanen en krekels). Krekels behoren tot de subgroep langsprietigen (Ensifera  )
    • Een krekel tsjirpt door de vleugels langs de poten te wrijven. 
     Overal waar je keek zag je leven in de woestijn. Duikende vogels, mieren, hagedissen en het onophoudelijke gezang van de krekels.[3]
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen