Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klacht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klacht klachten
verkleinwoord klachtje klachtjes

Zelfstandig naamwoord

de klachtv / m

  1. (juridisch) een aanklacht
    • Ik wil een klacht indienen tegen de luchtvaartmaatschappij. 
  2. uiting van pijn of smart
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen