pijnklacht

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pijnklacht    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• pijn·klacht

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  pijn  en  klacht 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pijnklacht	pijnklachten
verkleinwoord	pijnklachtje	pijnklachtjes

Zelfstandig naamwoord

de pijnklacht v

1. (medisch) pijn waarover de patiënt de dokter inlicht

   • Een dokter moet een pijnklacht van de patiënt serieus nemen. 

Gangbaarheid

• Het woord pijnklacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.