gerontofilní

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /gɛrɔntɔfɪlɲiː/

Woordafbreking

• ge·ron·to·fil·ní

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord gerontofil / gerontofilie met het achtervoegsel -ní

Bijvoeglijk naamwoord

gerontofilní

1. (medisch) (seksualiteit) gerontofiel; met betrekking tot gerontofielen / gerontofilie

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	gerontofilní				gerontofilní
genitief	gerontofilního		gerontofilní	gerontofilního	gerontofilních
datief	gerontofilnímu		gerontofilní	gerontofilnímu	gerontofilním
accusatief	gerontofilního	gerontofilní			gerontofilní
vocatief	gerontofilní				gerontofilní
locatief	gerontofilním		gerontofilní	gerontofilním	gerontofilních
instrumentalis	gerontofilním		gerontofilní	gerontofilním	gerontofilními

Antoniemen

• efebofilní
• gerontofobní

Afgeleide begrippen

• gerontofilně (bw.)

Verwante begrippen

• geront
• geronto-