• ge·luids·hin·der
enkelvoud meervoud
naamwoord geluidshinder
verkleinwoord

de geluidshinderm

  1. verstoring door lawaai
    1. (juridisch) (Nederland) gevaar, schade of hinder als gevolg van met het menselijk oor waarneembare luchttrillingen [1]
    2. (juridisch) (België) mate van voor de bevolking door omgevingslawaai veroorzaakte hinder als bepaald met veldonderzoek [2]
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]
  1.   Weblink bron
    Rijksoverheid
    “Wet geluidhinder” (1 mei 2017) op Overheid.nl  
  2.   Weblink bron
    Vlaamse Regering
    “Besluit van de Vlaamse Regering inzake de evaluatie en de beheersing van het omgevingslawaai en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne.” (31 augustus 2005) op fgov.be
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be