Telwoord (ces)
0
1 11 10 100 103
2 12 20 200 106
3 13 30 300 109
4 14 40 400 1012
5 15 50 500 1015
6 16 60 600 1018
7 17 70 700
8 18 80 800
9 19 90 900
  • dva·náct
  • Afgeleid van het telwoord dva met het achtervoegsel -náct

dvanáct

  1. twaalf; "12", het getal tussen elf en dertien, tweemaal zes of driemaal vier
telwoord
hoofdtelwoord dvanáct
rangtelwoord dvanáctý
telbijwoord dvanáctkrát
zelfstandig naamwoord dvanáctka
verzameltelwoord dvanáctery
soorttelwoord dvanácterý