• be·hoor·lijk
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen behoorlijk behoorlijker behoorlijkst
verbogen behoorlijke behoorlijkere behoorlijkste
partitief behoorlijks behoorlijkers -

behoorlijk

  1. aanzienlijk [2], flink [2], in hoge mate
    • Dat is een behoorlijke klus. 
     Omdat ik de afgelopen zeven jaar schematisch gezien een behoorlijke achterstand heb opgelopen, ben ik vandaag weer begonnen.[1]
  2. net [3], fatsoenlijk
    • Dat is een heel behoorlijke manier van doen. 
  3. in vrij grote/verregaande mate, redelijk [3], tamelijk
    • Hij heeft zijn opleiding behoorlijk snel gedaan. 

behoorlijk

  1. in redelijk grote mate
    • Dat valt behoorlijk tegen. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]
  1. All-inclusive”   (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht  , ISBN 90-229-9182-2
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be