basový

Slowaaks

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord bas met het achtervoegsel -ový

Bijvoeglijk naamwoord

basový

1. (muziek) bas-; met betrekking tot de bas

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /basɔviː/

Woordafbreking

• ba·so·vý

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord bas / basa met het achtervoegsel -ový

Bijvoeglijk naamwoord

basový

1. (muziek) bas-; met betrekking tot de bas

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	basový		basová	basové	basoví	basové		basová
genitief	basového		basové	basového	basových
datief	basovému		basové	basovému	basovým
accusatief	basového	basový	basovou	basové	basové			basová
vocatief	basový		basová	basové	basoví	basové		basová
locatief	basovém		basové	basovém	basových
instrumentalis	basovým		basovou	basovým	basovými

Typische woordcombinaties

• basová kytara v - basgitaar
• basový hlas m onbezield - bas

Verwante begrippen

• basista mbezield

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)