afstuderen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afstuderen |
studeerde af |
afgestudeerd |
zwak -d | volledig |
- Geluid: afstuderen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɑfstyˌderə(n) / (4 lettergrepen)
- Samenstelling van af (bijwoord) en studeren (werkwoord)
- af·stu·de·ren
- samenstelling van af bw en studeren ww
afstuderen
- Het woord afstuderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afstuderen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be