achterkamertjespolitiek

  • ach·ter·ka·mer·tjes·po·li·tiek
enkelvoud meervoud
naamwoord achterkamertjespolitiek -
verkleinwoord - -

de achterkamertjespolitiekv

  1. (pejoratief) (politiek) besluitvorming zonder discussie in een volksvertegenwoordiging en met vermijding van openbaarheid
     Gaspolitiek was achterkamertjespolitiek. Zo wilden de overheid, Shell, de voorloper van ExxonMobil en de NAM dat in 1963 toen zij de handen ineen sloegen. Het Dagblad van het Noorden onthulde deze week hun geheime contract voor de oprichting van de Maatschap Groningen. Artikel 2 van het contract luidt: „De maatschap treedt niet naar buiten op.”[2]
     De Amsterdamse kerngroep diende een motie in om het beleid, „achterkamertjespolitiek", zeiden de Amsterdammers, te verwerpen.[3]
     De coördinatie van het monetaire beleid van de slanglanden komt tot stand in frequent informeel overleg, zoals het heet. Wij noemen dit "achterkamertjes-politiek".[4]
  1. achterkamertjespolitiek op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Menno Tamminga
    “Geef openheid over het gas, Wiebes” (2 februari 2018) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron PPR-kernen aarzelend achter Van Doorn (22/09/1975) in: Het vrije volk, democratisch-socialistisch dagblad, Rotterdam., p. 6.
  4.   Weblink bron
    C. van Waterschoot
    inbreng beleidsdebat over het Departement van Financiën in: Handelingen Eerste Kamer, 1974-1975 27e vergadering, p. 923 kol. 2