• zisk

zisk m

  1. (economie) winst; het verschil tussen de verkoopsprijs en alle kosten die men heeft gemaakt
  2. (elektrotechniek) versterkingsfactor; quotiënt van de spanning aan de uitgang van een versterkertrap of -element, en de spanning aan de ingang ervan


  • zisk

zisk monbezield

  1. het winnen, het verkrijgen
  2. winst; dat wat verkregen is
  3. (economie) winst; het verschil tussen de verkoopsprijs en alle kosten die men heeft gemaakt
  4. (elektrotechniek) versterkingsfactor; quotiënt van de spanning aan de uitgang van een versterkertrap of -element, en de spanning aan de ingang ervan
  1. získání o
  2. prospěch m, užitek m
  3. výdělek monbezield, výnos monbezield, výtěžek monbezield, profit monbezield
  1. ztráta v, ztracení o
  2. ztráta v
  3. ztráta v, prodělek m