Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zang·stem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zangstem zangstemmen
verkleinwoord zangstemmetje zangstemmetjes

Zelfstandig naamwoord

de zangstemv / m

  1. (muziek) een stem die voor zingen geschikt is.
    • De zangeres had een goede zangstem. 
  2. (muziek) de zangpartij in een compositie.
    • Een orkestlied is een compositie voor een zangstem en een symfonieorkest in een afgeronde vorm. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be